Silke de Europese Hoornaar
Waar kun je mij vinden?
Ik ben te vinden in vrijwel geheel Europa, zelfs over zee in het zuiden van Scandinavië en Groot Brittannië. Ik kom overigens ook voor in Noord-Amerika. Hier kom ik normaal niet vandaan, maar de mens heeft mij in de negentiende eeuw meegenomen. Het is er soms wel een beetje koud, maar daar trek ik mij niet zoveel van aan.
Waar zit ik het liefst?
Als ik uiteindelijk mijn plekje gevonden heb, ga ik op zoek naar een plek waar ik mijn nest kan bouwen. Ik bouw mijn nest in een holte. Dit kan zijn een legkastje van een vogel, onder de dakpannen of het balkenwerk van een dak. Maar het liefst bouw ik mijn nest in een boomholte (Afbeelding 2). Daarom ben ik ook veel te vinden in bosrijke gebieden (Afbeelding 1).
Hoe leef ik?
Thuis woon ik samen met al mijn broers en zussen. Ik heb er heel veel. Het zijn er te veel om te tellen, maar het zijn er zeker niet meer dan duizend. Ik probeer volop te genieten van het weer, want volgend seizoen, dan ben ik er niet meer. Ik ben erg druk, dus dag of nacht, weer of geen weer, mij kun je altijd zien vliegen. Ik kan me altijd goed inhouden, maar als je te dicht bij mijn nest komt, dan wordt ik agressief.
Gedraag ik mij anders in de verschillende seizoenen?
Rond september en oktober ben ik geboren, tegelijk met de mannetjes. Ik zoek hierna een mannetje om mee te paren. Na de paring sterft het mannetje door de nachtvorst en zoek ik een overwinteringsplaats. Hier overwinterd ik tot april, dan word ik wakker van mijn winterslaap. Ik ben nu officieel ingewijd als koningin en ga dan meteen druk bezig met het bouwen van een nest.(Deschepper C.)
Hoe plant ik mijzelf voort?
Ik wil graag een eigen nest, dus ik blijf van andermans nest af. Mijn nest maak ik van rottend hout. Dit hout kauw ik fijn en door mijn speeksel ontstaat er een stevige, grijze massa. Hiermee bouw ik broedcellen, waar ik mijn eitjes in leg (Afbeelding 3). Hierna ga ik in mijn eentje verder met het bouwen van mijn nest en voer ik mijn nageslacht, die inmiddels rond mei en juni zijn uitgegroeid tot larven. De larven groeien uit tot werksters. De werksters gaan verder met het bouwen van broedcellen en verzorgen de larven. Nu hoef ik mij daar niet meer druk om te maken en hoef ik alleen nog maar eitjes te leggen.
Hoe kun je mij herkennen?
Mijn volk en ik worden gemiddeld 3 centimeter lang. De werksters in mijn nest en ik hebben een opvallende rood/oranje kop (Afbeelding 4). Ik heb grote gele kaken waarmee ik mijn prooi in stukjes kan knippen. Mijn borststuk is het breedste en het meest gewervelde deel van mijn lichaam. Aan mijn borststuk zitten vier roodbruine vleugels en drie paar poten. Mijn borststuk wordt beschermd door een verharde plaat om mijn vleugelspieren te beschermen. Mijn achterlijf is zwart met geel en bevat belangrijke organen. Hier zit bijvoorbeeld mijn ademhalingsorgaan en mijn geslachtsorgaan, maar ook mijn angel. Dit was eerst mijn legbuis, maar door specialisatie gebruik ik hem nu om mijzelf te verdedigen.
Wat eet ik?
Ik ben een echte rover en vang en dood insecten in grote hoeveelheden. Ik jaag bijvoorbeeld op vliegen, muggen, bijen en wespen. Maar ook op grotere insecten zoals libellen.(Wespenbestrijding, sd) De dode insecten kan ik meenemen naar mijn nest en voeren aan de larven, deze hebben dierlijke eiwitten nodig. De larven moeten namelijk groeien en hebben genoeg proteïnen nodig om het lichaam om te kunnen bouwen tijdens de metamorfose. De larven bewegen niet veel en hebben dus geen behoefte aan suikers. De kop en de poten bijt ik van de prooien af , deze hebben geen voedingsstoffen. De borststukjes kauw ik fijn en voer ik aan de larven. Ondanks dat ik niet van zoetigheid houd, eet ik dat soms wel. Mijn larven produceren namelijk een zoete vloeistof en scheiden deze uit. De vloeistof is een lekker tussendoortje voor mij en de werksters.(Jack, 2016) Volwassen hoornaars eten geen insecten meer, maar leven van suikerrijke plantensappen. De volwassen hoornaars vliegen namelijk veel en hebben energierijke suikers als brandstof nodig. Daarom zie je ze vaak op beschadigde bomen of op gevallen, rijpe vruchten, waar het uittredende sap wordt opgelikt.
Wie zijn gevaarlijk voor mij?
Ik heb bijna geen vijanden, door mijn pijnlijke angel. Er zijn echter een paar uitzonderingen. Eén daarvan is de wespendief. De wespendief is een vogel die zich niks van mijn angel aantrekt. Deze vogel hoop ik nooit tegen te komen. Als de wespendief namelijk mijn nest vindt, kan hij alle hoornaars in het nest opeten waardoor mijn hele kolonie kan worden vernietigd. Een andere uitzondering is de parasiet, de sluipwesp. Deze legt haar eitjes in de poppen van mijn larven, waardoor ze hun levensvatbaarheid verliezen. Vervolgens komen er uit de poppen jonge sluipwespen tevoorschijn in plaats van een hoornaar.
Bibliografie
Deschepper, C. (sd). Hoornaar, Vespa crabro. Opgehaald van aculea: http://aculea.be/onewebmedia/hoornaar.pdf
Jack. (2016, december 7). Een van de grootste wespen van Europa; de hoornaar. Opgehaald van dier en natuur.infonu: https://dier-en-natuur.infonu.nl/natuur/15390-een-van-de-grootste-wespen-van-europa-de-hoornaar.html
Wespenbestrijding. (sd). Informatie over de Europese hoornaar. Opgehaald van Wespenbestrijding: https://www.wespenbestrijding.net/Hoornaar.html
Wespennest. (sd). Blijf uit de buurt van hoornaars. Opgehaald van wespennest.eu: https://www.wespennest.eu/soorten/hoornaars-de-grootste-wesp-van-europa
Wikipedia. (2019, juni 6). Hoornaar (insect). Opgehaald van Wikipedia: https://nl.wikipedia.org/wiki/Hoornaar_(insect)
Maak jouw eigen website met JouwWeb